Programmatoelichting:
Carte Blanche voor Behzod Abduraimov
wo 17 jan '24 / 20:15 / Concertzaal
Programme
César Franck 1822-1890
Prélude, Fugue et Variation, opus 18 (1860-1862)
(transcriptie voor piano door Harold Bauer, 1873-1951)
- Prélude: Andantino
- Lento
- Fugue: Allegretto ma non troppo
- Variation: Andantino
Dilorom Saidaminova 1943
The Walls of Ancient Bukhara (1973/1988)
1. Kalon Mosque (Kalon Moskee)
2. Samanid Kingdom (Koninkrijk van de Samaniden)
3. Tomb of Ismail Samani (Mausoleum van Ismail Samani)
4. Domes (Koepels)
5. Minaret of Death (Minaret van de dood)
6. Stars over Bukhara (Sterren boven Buchara)
7. Ancestral Shadows (Schaduwen van voorouders)
8. Near the Wals of Ancient Bukhara (Nabij de muren van het oude Buchara)
Maurice Ravel 1875-1937
Gaspard de la nuit (1908)
- Ondine
- Le Gibet
- Scarbo
Sergej Rachmaninov 1873-1843
Prelude in G opus 32 nr.5: Moderato (1910)
Prelude in g opus 23 nr.5: Alla marcia (1901)
Sergej Prokofjev 1891-1953
Tien delen uit Romeo en Julia, opus 75 (1937)
1. Volksdans
2. Tafereel
3. Menuet
4. Julia als jong meisje
5. Maskerade
6. De Montaques en Capulets
7. Broeder Lorenzo
8. Mercutio
9. Dans van de meisjes met lelies
10. Romeo en Julia voor hun afscheid
Programmatoelichting
Franck - Een nieuw orgel en oude vormen
César Franck had het geluk aan zijn zijde: vlak nadat hij werd aangesteld als organist van de basiliek Sainte-Clotilde in Parijs werd daar een nieuw orgel in gebruik genomen. Het instrument kwam van de vooraanstaande orgelbouwer Aristide Cavaillé-Coll. Het orgel had drie klavieren en nieuwe registers, waarmee de organist orkestklanken kon nabootsen. Franck was vervolgens een van de eersten die experimenteerde met deze klankkleuren en legde zo de basis voor de Franse school van symfonische orgelmuziek. Het nieuwe orgel, én Bach als inspiratiebron, brachten Franck tot het schrijven van onder meer Prélude, Fugue et Variation, onderdeel van de Six Pièces pour Grand Orgue. De invloed van Bach is duidelijk te zien in de combinatie van een prelude en een fuga. Na deze eerste twee delen volgt zonder onderbreking een variatie op de prelude: de melodie en de bas zijn hetzelfde, maar Franck heeft de begeleiding in de middenstem veranderd in lopende zestiende noten. Pianist Harold Bauer heeft het stuk bewerkt voor piano. Hij is tevens degene aan wie Ravel Ondine uit Gaspard de la nuit heeft opgedragen.
Ravel - De zeebodem, de galg en een enge dwerg
Dat zegt veel over de kwaliteiten van Harold Bauer als pianist, want alleen al de eerste maten van Ondine, met snelle, repeterende akkoorden, zijn technisch zeer veeleisend. ‘Ik wilde een karikatuur van de romantiek maken, misschien ben ik daar te ver in gegaan’, zei Ravel over Gaspard de la nuit. Van de pianist wordt inderdaad het uiterste gevraagd, met een even hallucinerend als macaber drieluik als resultaat. De delen ervan zijn gebaseerd op drie prozagedichten van Aloysius Bertrand. In het eerste gedicht, Ondine, verleidt een waterfee met haar gezang voorbijgangers en neemt zij hen mee naar haar rijk op de bodem van de zee.
Echt luguber wordt het in het tweede deel, Le Gibet (De Galg). ‘Er weerklinkt een klok tegen de muren van een stad met aan de horizon het karkas van een gehangene, roodgekleurd door de ondergaande zon’, luidt de bijbehorende tekst. De klok klinkt in een steeds herhaalde toon, desolaat en in de verte. Met gevoel voor galgenhumor zei Ravel over dit deel: ‘reserve à les critiques’, ofwel ‘gereserveerd voor de critici’.
Het derde deel, Scarbo, is genoemd naar een klein, vijandig wezen. Een soort duivelse dwerg, die plotseling verschijnt, snelle pirouettes maakt, en net zo snel weer verdwijnt. Zoals de dwerg van omvang, kleur en vorm verandert, zo is ook de muziek grillig en angstaanjagend. De extreme technische moeilijkheidsgraad van dit deel heeft Gaspard de la nuit een mytische status onder pianisten bezorgd.
Saidaminova - Oezbeekse geschiedenis voor de piano
Buchara is de zevende stad van Oezbekistan, maar qua historie en schoonheid misschien wel de eerste. Gelegen aan de zijderoute, een oude handelsroute tussen China en het Midden-Oosten, was Buchara eeuwenlang een centrum voor handel, cultuur en religie. Die rijke historie heeft Dilorom Saidaminova geïnspireerd tot het componeren van The Walls of Ancient Bukhara, oftewel De muren van het oude Buchara. Dat is tevens de titel van het achtste en laatste deel van het werk. Ook de andere delen geven elk geluiden en plekken uit de oude stad weer. Zo gaat het eerste deel over de Kalon Moskee. Het eenstemmige begin, in het register van een mannelijke zangstem, lijkt een islamitisch gezang vanuit de moskee te verklanken.
Componiste Dilorom Saidaminova is geboren en getogen in Oezbekistan, studeerde in de hoofstad Tashkent en sloeg vervolgens haar vleugels buiten Oezbekistan uit. Ze studeerde verder in Moskou en is lid van de American Society of Composers, Authors and Publishers.
Opname door Dolores Jahangirova
© Bart de Graaf
Biografie
Behzod Abduraimov
De Oezbeekse pianist Behzod Abduraimov (1990) begon op vijfjarige leeftijd als pianoleerling van Tamara Popovich aan het Staats Centraal Lyceum in zijn geboortestad Tasjkent. In 2009 won hij de eerste prijs bij de London International Piano Competition met Prokofjevs Derde pianoconcert. Hij studeerde bij Stanislav Ioudenitch aan het International Center for Music aan Park University, Missouri, waar hij artist-in-residence is.
Als solist heeft Behzod Abduraimov opgetreden met gerenommeerde orkesten wereldwijd, waaronder het Los Angeles Philharmonic, het Deutsches Symphonie-Orchester Berlin, het Orchestre de Paris, het Koninklijk Concertgebouworkest en het NHK Symphony Orchestra in Tokio.
Solorecitals heeft Behzod Abduraimov gegeven in belangrijke concertzalen onder meer New York, Londen, Frankfurt, Milaan, Tokio, Amsterdam en Den Haag. Voorts was hij te horen op de festivals van Aspen, Verbier, Rheingau, La Roque-d’Anthéron, Luzern en Ravello en was was hij drie keer te gast bij de BBC Proms.
Komend voorjaar verschijnt zijn nieuwe cd met werken van Ravel, Prokofjev en Saidaminova. Zijn vorige solo-cd bevat Moesorgski’s Schilderijen van een tentoonstelling, een werk dat hij voorjaar 2022 in de serie Meesterpianisten in Amare heeft uitgevoerd. Zijn eerste recital-cd werd bekroond met een Choc de Classica en een Diapason Découverte. Van Rachmaninovs Rapsodie op een thema van Paganini en van diens Derde pianoconcert maakte hij opnamen met respectievelijk het Lucerne Symphony Orchestra en het Koninklijk Concertgebouworkest. Beide opnamen werden genomineerd voor de Opus Klassik-prijzen van 2020.